HGe 4/4 II
Menu
BVZ - Geschiedenis - Traject - Materieel - Nostalgie GEX - Sporenplannen FO - Geschiedenis - Traject - Materieel - Sporenplannen MGB - Geschiedenis - Traject - Materieel - Ombouw Visp Extra - Modeltreinen - Specials - Typeverklaringen |
De FO verwachte, mede door de opening van de Furkatunnel, een sterke stijging van het verkeer. Tezamen met de BVZ Zermatt-Bahn en de SBB Brüniglinie werden in totaal 21 machines van het type HGe 4/4 II besteld. De bouwers waren de Schweizerische Lokomotiv- und Maschinenfabrik Winterthur en Asea Brown Boveri.
In 1983 werden de eerste vijf prototypen besteld: drie voor de FO (nummers 101-103) en twee voor de SBB (nummers 1951 en 1952). Hierbij werd al afgesproken, dat bij de aflevering van de serie-loks de twee prototypes van de SBB naar de FO over zouden gaan. Hierdoor waren er maar minimale verschillen tussen de FO en SBB loks. Bij de overgang van de loks naar de FO werden de transformatoren en de beide draaistellen gewisseld en bij de laatste twee serie-loks voor de SBB ingebouwd. Door de goede ervaringen met de prototypen, sloot ook de BVZ Zermatt-Bahn zich aan bij de bestelling voor de serie-uitvoering in 1989/1990. De serie-produktie bestond uit 16 stuks: acht voor de SBB, vijf voor de BVZ en drie voor de FO. De versies voor de FO/BVZ verschillen van de SBB-loks in stroom-, rem- en tandradsysteem. De FO-loks zijn zodanig uitgerust dat ze ook ingezet kunnen worden voor de autotreinen tussen Realp en Oberwald. De BVZ-loks werden uitgerust voor gebruik met de stuurstandrijtuigen. De vijf prototypen van de FO werden naderhand zodanig aangepast, dat de bediening gelijk is aan die van de serie-produktie. Door deze gezamelijke aankoop is er makkelijker aan reserve-onderdelen te komen, en kunnen de treinen van de Glacier-Express direct tussen de FO en BVZ doorgegeven worden zonder aanpassingen in de combinaties. De loks voor de FO kregen de namen (in nummervolgorde) "Ville de Sion/Sitten", "Altdorf", "Chur/Marceau de Cuera", "Furka", "Oberalp", "St. Gotthard", "Grimsel" en "Nufenen". Lok 108 kreeg later de naam "Channel Tunnel". De BVZ-loks kregen de namen: "Matterhorn", "Monte Rosa", "Dom", "Täschhorn" en "Mount Fuji". Ze kunnen een gewicht van 130 ton trekken. De snelheid op adhesie-trajecten bedraagt 80 km/h, terwijl er op tandradtrajecten 35 km/h gehaald kan worden. TypeverklaringH - Locomotief met tandradaandrijving
G - Smalspoorlocomotief (adhesie) e - Elektrische loc 4 - Vier aangedreven assen 4 - Totaal vier assen II - Tweede serie van het type HGe 4/4 Namen en gegevensEx-BVZ-loks:
Ex-FO-loks:
ReclameVerschillende loks hebben al gedurende hun inzet bij de MGB een tijdje met een opschrift rond gereden:
Lok 4: 2005: jubileumslogo voor 75 jaar Glacier Express. 2007: de "75" is verwijderd en is het Glacier Express logo is blijven zitten. Lok 104: In 2013: "10 Jahre Matterhorn Gotthard Bahn" In 2014: "100 Jahre Brig-Gletsch" In 2015: "Zermatt Gornergrat Marathon" Lok 106: 2005: jubileumslogo voor 75 jaar Glacier Express. 2007: de "75" is verwijderd en is het Glacier Express logo is blijven zitten. Foto's
|